De primaire schors of cortex is bij de plantenanatomie van vaatplanten het gedeelte tussen de centrale cilinder en exodermis of bij primaire wortels de rhizodermis Schorsweefsel is parenchymatisch en heeft intercellulairen De schors in het spraakgebruik is anatomisch gezien de bast de buitenzijde van de stam en de takken van houtige planten en is het dode buitenste deel van de bast van een boom struik of liaan Het bestaat uit verschillende weefsels waaronder kurk De wanden van de cellen in de schors zijn ondoorlaatbaar door afzetting in de celwand van suberine dat sterk op lignine lijkt en de plant tegen allerlei invloeden van buiten beschermt in de vorm van schimmels bacterien of beschadigingen Het wordt bij stengels de primaire cortex genoemd De cellen van de primaire schors bestaan gewoonlijk uit grote dunwandige parenchymcellen het aerenchym De buitenste cellaag bestaat vaak uit onregelmatig verdikte collenchymcellen De endodermis is de binnenste laag van de cortex of primaire schors van de wortel en dient als fysiologische barriere tussen de cortex en de centrale cilinder In de cortex van de wortel kan ook reservevoedsel worden opgeslagen Er kunnen zich op verschillende diepten in de schors kurklagen ontwikkelen van vlak onder de epidermis tot net buiten de centrale cilinder met de vaatbundels en het merg De functie van deze korst of rhytidoma is de bescherming van de stengel of het tegengaan van vochtverlies Er kunnen verschillende kurklagen over elkaar worden gevormd die samen soms een grote dikte kunnen bereiken De bekendste schors wordt gevormd door de in Portugal groeiende kurkeik de Quercus suber uit de familie van de napjesdragersfamilie die om de tien jaar een oogstbare laag afgeeft en waarvan kurken voor onder andere wijnflessen worden gemaakt De bast van enkele soorten houtige gewassen groeit op de jonge twijgen in eerste instantie als kurklijsten als vleugelvormige lijsten die mogelijk een rol spelen bij het ontmoedigen van vraat Sommige soorten kardinaalsmuts of iep hebben kurklijsten op de takken Bomen en struiken in Nederland waarbij kurklijsten voorkomen zijn de kardinaalsmuts en gladde iep beide inheems en de amberboom De laatste wordt voor sieraanplant gebruikt afstervende bast van witte paardenkastanje geoogst schors van kurkeikdwarsdoorsnede van een vlasstengel 1 merg 2 primairxyleem 3 xyleem 4 floeem 5 sclerenchym de vezel 6 primaire cortex 7 epidermis dwarsdoorsnede wortel met beginnende secundaire groei schematische lengtedoorsnede van een primaire wortelBeschrijvende plantkunde terminologie voor zaadplanten Algemeen habitus Levensvorm groeivorm fytografie boom boomkruin bladverliezend chamefyt dwergstruik eenjarige plant epifyt fanerofyt fenologie geofyt grasachtige plant groeivorm groenblijvend halfstruik hapaxant heester helofyt hemikryptofyt houtige plant hydrofyt klimplant kruidachtig levensduur levensvorm liaan loofboom loofverliezend meerjarige plant monocarpisch naaldboom overblijvend kruid overblijvende plant pol rozet struik succulent teloomtheorie thallus therofyt tweejarige plant vaste plant waterplantCellen en Weefsels Anatomie amp morfologie apoplast bladgroenkorrel celwand chloroplast collenchym cortex cuticula eicel epidermis felleem fellogeen felloderm floeem gameet gametofyt haar houtvat huidmondje hypodermis intercellulair klierhaar kurk kurkcambium kurkschors merg meristeem middenlamel palissadeparenchym parenchym periderm plantaardige cel plastide schors sclereide sclerenchym spermatozoide sponsparenchym steencel stippel symplast topmeristeem trachee tracheide tylose vaatbundel vacuole vrucht xyleem zaadcel zeefvat zygoteOrganen orgaanstelsels Wortel bijwortel centrale cilinder diktegroei endodermis exodermis luchtwortel medulla merg penwortel pericambium pericykel rhizodermis rizoide secundaire diktegroei centrale cilinder topmeristeem wortel wortelhaar wortelmutsje zijwortelStengel stam bast cambium centrale cilinder cladodium cladofyl concaulescentie cortex diktegroei fyllocladium knoop lenticel metatopie stekel stele spil stengel tak topmeristeem schors stam uitloper vertakking wortelstokBlad ader blad bladgroen bladgroenkorrel bladkussen bladmoes bladnerf bladschede bladschijf chloroplast bladstand bladsteel bladvoet catafyl cladoprofyllum chlorenchym fyllodium fyllotaxis hoofdnerf kokertje ligula nerf nervatuur prefoliatie ptyxis steunblaadje tongetje tuitje vernatie zaadlob zijnerfLevenscyclus bloei voortplanting Bloem gameet spore actinomorf androecium androfoor androgynofoor anthofoor anthere anthotaxis bijkelk bloemstengel bloeiwijze bloemgestel bloem bloembodem bloembekleedsel bloemdek bloemdekblad bloemkroon bloemstengel bractee calyx carpel carpofoor caulis connectivum corolla discus epicalyx estivatie filament funiculus gametofyt gynoecium gynofoor helmbindsel helmdraad helmhokje helmhokje hoogteblad hypanthium hypsofyl inflorescentie integument kegel kelk kelkblad knopligging kroon kroonblad macrospore meeldraad meeldraaddrager microspore nucellus omwindsel ovarium ovulum periant perigoon petaal pollenbuis receptaculum schijf schutblad sepaal sporangium spore sporofyl sporophyllum sporofyt stamper stamperdrager stempel stengel stigma stijl stylopodium strobilus tepaal theca vruchtbeginsel vruchtblad zaadknopkern zygomorfZaad vrucht kieming carpel cotyl cryptocotylair embryo endosperm epigeisch fanerocotylair hypogeisch integument kieming kiemopening kiemwit micropyle micropylaire buis mierenbroodje navelstreng perisperm placenta pluimpje schijnvrucht vaatmerk vrucht vruchtbeginsel vruchtblad zaad zaadbeginsel zaadknop zaadhuid zaadlijst zaadlob zygote Mediabestanden Zie de categorie Bark botany van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp